Externe kosten:
De prognose van de externe kosten is € 571.000 hoger. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:
- Onderhoud door derden als gevolg van schade: kosten herstel schadevaring 18-12-2020 Nieuwe Sluis Breskens (€80.000). De schade wordt verhaald.
-Monitoring Perkpolder: Voor het uitvoeren van het eigen monitoringsonderzoek, zoals gevraagd door het bestuur van het waterschap, naar de werking en het effect van het kwelscherm op oppervlaktewaterkwaliteit wordt een overschrijding verwacht (€100.000).
- Met de gemeente Tholen is afgesproken dat het waterschap bijdraagt aan de aanpassing van de rolbrug in de haven van Tholen (€160.000).
- Hogere onderhoudskosten glooiing/kreukelberm Molenpolder (€87.000).
- De collectiviteitsbijdrage aan het Rijk voor het HWBP blijkt hoger te worden (€100.000).
Externe opbrengsten:
De externe opbrengsten zijn 80.000 hoger. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de kosten voor herstel schadevaring aan Nieuwe Sluis in Breskens welke worden verhaald. De aansprakelijkheidstelling is in voorbereiding (€80.000).
Risico’s en ontwikkelingen:
Bij Nummer Eén (gemeente Sluis) heeft afschuiving van het voorland plaatsgevonden. Dit is geen calamiteit, maar wordt gelet op urgentie wel met voorrang opgepakt. Risico's en maatregelen worden in beeld gebracht.
Personeelslasten:
Het voordeel op de personeelslasten van Waterkeringen is ontstaan doordat formatieruimte niet direct weer opgevuld kon worden. Een gedeelte van het vrijgekomen geld is gebruikt voor inhuurkrachten om het werk zo goed mogelijk door gang te laten vinden.
Ontwikkelingen en risico's personeelslasten
- Prestaties versus capaciteit; Het al langere tijd doorschuiven van projecten (zowel investeringen als exploitatie) en activiteiten naar daarop volgende jaren, zorgt inmiddels voor een overprogrammering ten opzichte van de beschikbare formatie (deze laatste groeit immers niet mee). Dit in combinatie met nieuwe taken voor het waterschap, zorgt ervoor dat er een risico is dat er onvoldoende kennis en competenties geleverd kunnen worden voor de te behalen prestaties.
- Arbeidsmarkt; Het tekort aan personeel neemt in veel sectoren toe. Ook bij het waterschap hebben we in toenemende mate te maken met niet of zeer moeilijk vervulbare vacatures. Dit leidt tot gaten in de formatie en dus tot knelpunten vanwege verminderde beschikbare kennis en capaciteit.
- Externe ontwikkelingen; Wensen en eisen vanuit onze externe omgeving zorgen voor een toename van werkzaamheden. Hierbij moet bijvoorbeeld worden gedacht aan eisen op het gebied van milieuwetgeving, plantoetsing en verwachtingen over de betrokkenheid en inzet van het waterschap bij allerlei maatschappelijke thema’s en projecten. Doordat de formatie niet mee groeit, kan niet aan alle prestaties en externe wensen voldaan worden.
- Competenties; We bevinden ons in een transitie veroorzaakt door maatschappelijke ontwikkelingen (Omgevingswet, etc.) die andere competenties vereist dan we vanouds gewend zijn. Medewerkers moeten zich ontwikkelen, wat tijd kost. De tijd gaat ten koste van de noodzakelijke tijd voor het behalen van de prestaties.
- Netto besteedbare uren; Door toename van personele regelingen, neemt de hoeveelheid netto besteedbare uren per medewerker af. Denk hierbij aan regelingen voor ouderschapsverlof, IKB en de inzet van het PBB-budget voor vitaliteitsverlof.
Rente en afschrijving:
Ten opzichte van de monitor van mei is er nu rekening gehouden met de bestedingen in het lopend jaar, waardoor dit programma meer rente toegerekend krijgt.
Afwijkingen waarover besluitvorming door de AV dient plaats te vinden:
-